De afgelopen dagen was ik in Amsterdam. Het grootste deel van de tijd bracht ik door in de VU. Wat is het toch een lelijk gebouw! De universiteit waar ik ooit met veel zweet, tranen, bijbaantjes en een stage zonder studiepunten een premaster en een master afrondde. Maar ook de universiteit waar de geneeskundekoffie beter smaakt dan ergens anders en waar ik twee superleuke vriendinnen aan overhield waarmee ik uiteraard had afgesproken tussen de werkzaamheden door. Wil je meer weten over geneeskundekoffie? Dan is dit wel een goede blog.

Weerbare samenleving

Maar goed. Dit is mijn zakelijke website, niet mijn persoonlijke blog, dus even terug naar de reden dat ik in Amsterdam was. Ik werk voor het Europese LINKS-project, een project dat als doel heeft om technologie en social media in te zetten voor een weerbare samenleving. Dat klinkt ingewikkeld en dat is het ook. Platgeslagen komt het erop naar dat mensen dankzij dit project straks weten wat ze moeten doen als er een ramp plaatsvindt, zoals terrorisme, droogte, aardbeving, overstroming of – en dat is mijn ‘case’ – onbedoelde industriële uitstoot door een lekkage of een brand. En dat ze ook nog via social media laten weten wat er aan de hand is en hoe ze elkaar helpen. Wel zo handig voor de hulpverleners.

Cultuurverschillen

Het gezelschap was internationaal. Met projectteams uit Italië, Duitsland, Denemarken en Nederland. En met het onderzoeksteam van de VU dat bestaat uit mensen met hun wortels in Uruguay, Griekenland, Italië, Verenigde Staten en Nederland. Hoe je communicatie en gedrag kunt aanpassen aan bepaalde culturele kenmerken (cultuurdimensies van Hofstede enzo) was een groot onderdeel van mijn scriptie. De praktijk is toch altijd anders. En soms staan mijn voelsprieten gewoon uit.

Dus ‘wangzoende’ ik een Italiaan (twee zoenen in plaats van drie, dat had ik onthouden) toen hij de zaal binnenkwam en gaf in één moeite door een knuffel aan een Duitse, die heftig terugdeinsde. Ik gaf de professor drie Nederlandse zoenen na zijn oratie en twijfelde daarna of dat wel gepast was. In het restaurant wilde ik netjes wachten met eten, tot ik zag dat de Italianen al waren begonnen. Ik bedankte de vrouw van de professor uitvoerig voor haar kookkunsten, maar gaf haar geen knuffel. Wat ik wel wilde, want ze was zo hartelijk en bood zelfs een slaapplek aan. Maar omdat de Denen en de Duitsers slechts een heel formele hand gaven, stond ik in dubio tot het te laat was. Gelukkig was ik niet de enige persoon die af en toe met vraagtekens in haar ogen rondliep.

Noord- of Zuid-Europeanen?

“Ik snap er niets van”, zei de Slovaak uit het Duitse team. “Nederlanders lijken soms net Zuid-Europeanen. Een kind voor op de fiets, een kind staand achter op de fiets, allemaal geen helm op, niet stoppen voor rood. Het lijkt wel of er geen verkeersregels zijn. Op een dinsdagavond zitten de kroegen vol, terwijl jullie de volgende dag gewoon moeten werken. Van de andere kant zijn jullie onmiskenbaar Noord-Europeanen. Jullie komen strikt op tijd, ook als jullie op stap zijn geweest, houden je aan de vastgestelde agenda en de lunch heeft niets te maken met wat we in Zuid- of Oost-Europa een lunch noemen.”

Dit is toch geen lunch!

“Denen volgen heel erg de regels”, vertelde een Deense. “Maar mijn dochter van 14 gaat wel heel ver. Zij weigert om bij een rood stoplicht de straat over te steken. Ook midden in de nacht als er in de verste verte geen ander verkeer op straat is. Het mag niet, dus ze doet het niet. Stonden wij met de hele familie aan de overkant van de straat op haar te wachten.”

“Ik haat het”, zei een Italiaanse. “Dat jullie broodjes lunch noemen en dat we het daar maar mee moeten doen. Maar ergens snap ik het ook wel. Je hebt hierna geen siësta nodig. Lekker efficiënt.”

Ik leerde veel over risico- en crisiscommunicatie en het weerbaar maken van burgers. Maar ik leerde nog veel meer over cultuurverschillen en hoe leuk die de wereld maken. Hoe we met en om elkaar kunnen lachen zonder elkaar te beledigen. Hoe omdenken vanzelf gaat in een internationaal gezelschap.

Benieuwd waar LINKS me nog meer brengt. Ik kijk ernaar uit!