Vroeger was ik een soort Pippi Langkous zonder superkrachten. Altijd buiten. Fietsen zonder handen, rolschaatsen, in bomen of op strobalen klimmen, met de honden van de achterbuurman wandelen, heksensoep brouwen, in de plassen springen. Ik speelde graag met jongens en met autootjes (wat wel bijzonder is, gezien de hekel die ik aan autorijden heb) en ik wilde altijd nieuwe dingen ontdekken. Aan meisjes zoals Annika had ik een hekel en stilzitten kon ik alleen met een spannend boek. Geen wonder dat een voltijds bureaubaan van 8 tot 5 niet zo goed bij me past, al heb ik het wel een aantal jaar gedaan.

Tegenwoordig ben ik blij met meisjes zoals Annika. Althans, de volwassen variant ervan. Dat zijn de vrouwen met het overzicht, de vrouwen die agenda’s beheren en aan verjaardagen denken, de vrouwen met het grote verantwoordelijkheidsgevoel. Ik denk dat het de secretaresses zijn van de ‘hoge’ heren en dames die ik regelmatig moet interviewen, de boekhouders die orde scheppen in de bonnetjeschaos van zzp’ers zoals ik, de facilitaire medewerkers die zorgen dat er altijd genoeg koffie op kantoor is. Maar ik kan me vergissen. Misschien zijn het vroeger ook Pippi’s geweest? (Laat vooral een reactie achter!)

Voor Lieke Schrijft kom ik op de meest bijzondere plekken en werk ik elke dag, soms elk uur, aan iets anders. Van nieuwe opdrachten krijg ik enorm veel energie en soms komt er wat adrenaline en angstzweet bij kijken, als ik mij in een onbekende sector begeef. Zo’n zelfde gevoel als ik vroeger kreeg als ik de blaadjes uit mijn haar en het bloed van mijn knie veegde nadat ik met veel moeite weer soort van heelhuids uit een boom was gekomen. Net als Pippi Langkous na het aanmeren van een listig overvallen piratenschip. Al gaf zij natuurlijk nooit toe dat ze iets spannend vond.